Aan die oude kersenboom


Recommended Posts

Op een mooie dag had graaf Zeppelin er opeens schoon genoeg van. Gewoon, zomaar.

'Ik heb er tabak van', zo sprak de ingenieur en stopte eerst zijn werkzaamheden en toen zijn pijp. Hij nam plaats in zijn leunstoel bij de haard, om die oude knoken ook eens wat rust te gunnen, en dacht eens diep na. Lustig er op los lurkend vulde de kamer zich al snel met wolken van geurige rook, die bij vlagen in lagen zachtjes door de ruimte sluimerden. Wel een goed uur bleef de graaf zo zitten, diepe rimpels in zijn voorhoofd en er maar op los paffend. 'Wat', zo dacht hij, 'moest ik nu toch eens aanvangen met wat mij nog aan schamel leven rest?' Hij had natuurlijk die grote ballon uitgevonden, die waarschijnlijk tot vèr in de pruimentijd zijn naam dragen zou, maar sindsdien... Nee, sindsdien had hij eigenlijk niet zo veel meer gepresteerd. Zelfs zijn vrouw, zijn lieve Isabella, was het gaan opvallen: had zij zich in eerste instantie nog wellustig liggen wentelen in het weldadig warme licht van zijn daverend succes, naarmate de tijd verstreek was er van dat schijnsel allengs minder overgebleven, totdat er niet veel meer van restte dan wat daar nu in die leunstoel zat: een oude uitgedoofde man.

'Wel potverdorie!' zo gromde de graaf opeens. 'Zo zal mijn licht op deez' Aard niet verwelken!' Hij hees zich uit zijn stoel, trok zijn jas aan, stak zijn pijp in zijn binnenzak, dacht even na, haalde de pijp er weer uit, nam een vochtig doekje om de schroeiende wol van zijn jas te doven, klopte de pijp uit en stak hem weer in zijn binnenzak. Hij gooide een knapzak over zijn schouder met daarin zijn belangrijkste bezittingen, kuste zijn verbaasde Isabella op haar wang en toog ervan tussen, de wijde wereld in.

 

Poes Bubbelientje liep met hem mee. De eigenwijze dikke kater met zijn rood-oranje tijgervacht was al sinds jaar en dag zijn trouwe metgezel en ook op dit avontuur zou hij zijn baas weer vergezellen.

'Poes', zei graaf Zeppelin, ondertussen stevig voortstappend, 'ik heb verdomme zin in een joint.'

Het was alweer een tijdje geleden dat de graaf zich nog eens tot de groene godin gewend had, en hij had er wel weer eens zin in! Zo'n lekkere dikke toeter, helemaal volgepropt met eersteklas topwiet, dat zou er potdorie wel in gaan! Maar ja, aangezien wij ons hier in Duitsland en rond de eeuwwisseling van honderd jaar geleden bevinden was er in de verste verte natuurlijk geen coffeeshop te bekennen. Dan maar een straatdealer bij de kladden gegrepen, zo dacht Zeppelin, en hij begon eens om zich heen te loeren. Daar! Karl von Nussbacher, dat misselijk stuk tuig! Die had meestal wel wat te smoken verstopt onder die dikke pruik van 'm. De graaf stapte op hem af, een schimmige transactie vond plaats en even later begaf hij zich naar zijn favoriete rook-plek: een oude boomstronk, helemaal alleen boven op een hoge heuvel gelegen, van waaruit hij een fantastisch uitzicht had op zijn geboortegrond. Graaf Zeppelin nam wat tabak uit zijn buidel en draaide trots een genotsknots. Alzo stevig doorteugend en met poes Bubbelientje warm en wollig aan zijn voeten genesteld leek even, heel even maar, alles warempel pais en vree te wezen.

 

Gezien de wonderlijke effecten die een waterval aan THC-moleculen die zich enthousiast mengen in het endocannabinoïde systeem van ons menselijk brein zoal teweeg kan brengen duurde het echter niet lang voordat graaf Zeppelin door de groene godin voor zijn geloof in haar beloond werd met een grandioos idee. Zodra het zich in zijn mistige geest manifesteerde werden zijn ogen groot.

'Ik heb het...' zei hij tegen de poes. 'Ik heb het! Oh, jawel! Wat een geniaal... Ik heb het! Ik he-...'

Helaas zullen we nooit weten wat er nu precies zo grandioos aan zijn idee was, want juist op dat moment kwam er een vreemde asymmetrische steampunk-ufo uit het weidse blauw naar beneden gezeild en landde met een luide splet pardoes op de poes. Jawel.

 

'Neen!' zo krijste de graaf en hij stortte ter aarde. Maar het was al te laat: van poes Bubbelientje was niet veel meer over dan een pluizige bloedvlek, scherp afgetekend tegen de van zuiver goud gemaakte romp van de ufo. De aliens, hoogontwikkeld als ze waren, waren zich er terdege van bewust dat ze een oepsje begaan hadden en zij maakten zich daarop rap uit de voeten, graaf Zeppelin alleen achterlatend met zijn immense verdriet.

 

U begrijpt wellicht, waarde lezer, dat de arme oude graaf dat niet meer te boven kwam. Zijn gebroken hart genas niet meer. Hij werd depressief en sloom en niet veel later heeft hij zich verhangen, aan zijn oude kersenboom.

 

Gelukkig had de graaf bij leven zijn zaakjes goed geregeld, en nadat de levensverzekering met haar uitkering prompt een einde maakte aan Isabella's rouw hertrouwde zij subiet met baron van Münchhausen, en zo kwam alles toch nog goed. Met Isabella, welteverstaan. Niet met graaf Zeppelin. Die is dood.

 

:)

Link naar bericht
Deel via andere websites

Maak een account aan of meld je aan om een opmerking te plaatsen

Je moet lid zijn om een opmerking achter te kunnen laten

Account aanmaken

Maak een account aan in onze gemeenschap. Het is makkelijk!

Registreer een nieuw account

Aanmelden

Ben je al lid? Meld je hier aan.

Nu aanmelden